Dit is een kriebelspelletje dat ik wel vaker doe.
Zowel met grotere als kleinere kinderen.
Het wordt gegarandeerd een echt giechelmoment, :-D!

Het nut van deze kinderyoga oefening is:
– je wordt er vrolijk van,
– het brengt je uit je hoofd-terug in je lichaam,
– je lichaamsbewustzijn wordt versterkt,
– je kan (als het lukt) ervaren hoe het is om te ontspannen,
– je krijgt het gevoel dat je geliefd bent.

Hoe gaat deze oefening in zijn werk:
De kinderen werken per twee.
1 kind ligt op zijn/haar buik op de grond, hoofd op de armen.
Dit kind is een boomstammetje, struik of hek, …
Het andere kind zit er naast.

Je zegt het volgende versje op, de zittende kinderen beelden uit op het kind dat ligt:

1. Je start aan een voet en loopt met wijs-en middelvinger snel over het been naar de romp en kriebelt daar op enkele plekken, terwijl je het volgende zegt:
“Er is een spinnetje op zoek naar een vriendinnetje. Het kriebelt hier … kriebel, kriebel, kriebel.
Het kriebelt daar … kriebel, kriebel, kriebel.”
2. Je loopt met wijs- en middelvinger terug over de romp, langs het been naar de voet en zegt:
“Maar het vindt geen vriendinnetje en weg is het spinnetje.”
3. Je doet hetzelfde als bij nr. 1 maar je start aan de andere voet en zegt:
” O, kijk! Er is nog een spinnetje op zoek naar een vriendinnetje. Het kriebelt hier … kriebel, kriebel, kriebel.
Het kriebelt daar … kriebel, kriebel, kriebel.”
4. Je loopt met wijs- en middelvinger terug over de romp, langs hetzelfde been naar de voet en zegt:
“Maar het vindt geen vriendinnetje en weg is het spinnetje.”
5.Je start aan beide voeten en loopt met beide wijs-en middelvingers snel over de benen naar de romp en kriebelt daar op enkele plekken, terwijl je het volgende zegt:
“Er zijn twee spinnetjes op zoek naar een vriendinnetje. Ze kriebelen hier … kriebel, kriebel, kriebel.
Ze kriebelen daar … kriebel, kriebel, kriebel.”
6. Je brengt je beide handen bij elkaar en zegt:
” En ze vinden elkaar!”
7. Je laat je vingers snel lopen, rondjes draaien, enz. over het lichaam:
“En weet je wat deze spinnetjes superleuk vinden? … Samen tikkertje spelen …”
8. Je loopt met beide wijs- en middelvingers terug over de romp, langs de benen naar de voeten en zegt:
“De spinnetjes worden nu moe en lopen zachtjes weer naar huis toe…”

Daarna kan je wisselen!

Veel plezier!
Sofie